Voor de Nederlandse dichteres, proza-, toneel- en kinderboekenschrijfster Anne Vegter werden schrijven en illustreren alsmaar belangrijker. Gastvrouw Maxime Van Steen kijkt samen met haar terug op een rijkgevulde literaire carrière.

Samen met illustrator Geerten Ten Bosch kreeg Anne Vegter (°1958) voor haar kinderboek ‘De dame en de neushoorn’ (1989) de Woutertje Pieterse Prijs. In 1991 werd Vegters eerste gedichtenbundel Het veerde gepubliceerd. In hetzelfde jaar werd ze genomineerd voor enkele prestigieuze prijzen. Vanaf dan was haar naam gevestigd. In 1994 debuteerde zij als prozaschrijfster met de verhalenbundel Ongekuiste versies en twee jaar later schreef ze haar eerste toneelstuk Het recht op fatsoen. In 2004 ontving Vegter de Anna Blaman Prijs voor haar hele oeuvre en in 2005 was ze laureate van de Taalunie Toneelschrijfprijs. In 2011 won zij de Awater Poëzieprijs voor haar bundel Eiland berg gletsjer. Van 2013 tot 2017 was ze Dichter des Vaderlands en in 2021 werd ze voor een periode van twee jaar benoemd tot stadsdichter van Rotterdam. Op 1 april 2015 werd zij aangesteld als lid van de Akademie van Kunsten en in 2019 werd ze voorzitter.

Gastvrouw Maxime Van Steen (°1991) werkt als taallector moderne Nederlandse letterkunde aan de Universiteit Gent. Ze begeleidt er werkcolleges poëzie- en proza-analyse. Zelf specialiseert ze zich in het literaire tijdschrift. Daarnaast publiceert ze op verschillende platforms over literatuur, zoals op literatuurgeschiedenis.org, ‘NEVB’ online en ‘De Reactor’. Momenteel maakt ze deel uit van de prozacommissie van Literatuur Vlaanderen.