Dit evenement is voorbij.

10.03.2024 – 27.04.2024

Silent Messages

Hopstreet Gallery is verheugd u de komende tentoonstelling ‘Silent Messages’ aan te kondigen.De galerie en Fabrice Souvereyns nodigden zes kunstenaars uit van wie het werk de dialoog aangaat met het nieuw werk van Souvereyns.Fabrice Souvereyns (°1995 woont en werkt in Gent) Bij het tekenen hanteert Souvereyns een aantal terugkerende uitgangspunten. Als drager opteert hij voor Simili Japon papier. Het potlood, aangevuld met gom en breekmes, vormt zijn enige werkinstrument. De aanraking van het potlood met het papier varieert van hard tot zacht, de lijnen balanceren van fragiel tot diepe inkervingen. Zonder verhaal of thema trekt hij in een eerste fase spontaan op onderzoek uit met vloeiende lijnen. Hij laat zich in het atelier visueel en mentaal onderdompelen in de natuur, alsof hij zich tussen de planten bevindt.Hoe ziet in zijn geest een schors van een boomstam of de oppervlakte van een steen er precies uit? Welke rol vervullen licht en schaduw? Hoe functioneren alle natuurelementen onder elkaar? Zijn blikveld omvat de brede waaier van de kosmos tot het kleinste detail van een plantje, met alle schalen ertussenin. De wetenschap informeert ons dat er voorbij onze waarnemeningsgrenzen nog veel meer te leren valt over de natuur. In feite verwijzen de abstracte componenten in zijn werk naar realiteiten die voorbij ons blote oog reiken, hoewel ze de herkenbare wereld doorkruisen en mogelijk maken.Bij gelegenheid maakt hij gebruik van collage en negatieve vormen. Een ritme roept een tegenritme op, een eerdere interventie beantwoordt hij met een tegenbeweging. Lichtpartijen worden donker en omgekeerd. De kunstenaar wijkt bewust af van de evidente virtuositeit. Soms zet hij stappen terug. Fragmenten worden uitgegomd. Geometrische vormen enten ordening op de losse lijnvoering. Onderweg wisselen de aandachtspunten, het onderwerp transformeert. Naarmate het werkproces evolueert, stuurt hij de tekening bewuster een bepaalde richting uit. Jonathan Callan (°1961 woont en werkt in Londen)Het werk van Jonathan Callan beslaat een breed scala aan media, methoden en materialen. Het vindt zijn eenheid in een preoccupatie met de beperkingen van taal. Callan werkt vaak met teksten, boeken, kaarten en foto’s. Veel van deze informatie is afkomstig uit tweedehandsboeken. De kunstenaar beschouwt zijn eigen cultuur als overwegend literair van aard, en probeert al bijna zijn hele leven zijn eigen diepe interesse voor materialiteit te verzoenen met die alomtegenwoordige literaire geschiedenis. Zijn werk is vaak speels. Veel van wat als abstract kan worden beschouwd – gedachten, betekenis, begrip – geeft hij zelfbewust weer in zeer fysieke termen. Teksten en beelden worden weggekrabd, verwijderd, opnieuw opgebouwd en soms bijna helemaal uitgewist. Het werk is nu eens klein en intiem, dan weer expansief : sculpturale installaties die hele ruimtes in beslag nemen.Dominique De Beir (°1964 woont en werkt tussen Parijs en Picardië) perforeert papier, karton en ook polystyreen. Ze zette het vocabularium van de schilderkunst (materiaal, medium en kleur) op de helling en verving het door de willekeur van het gebaar en de impact ervan op een oppervlak. Op die manier kan ze zich richten op begrippen zoals krassen en graven, tussen oppervlakte en diepte, waarbij ze de fysieke impact en het ritme onderzoekt. Door de perforatie soms tot het uiterste te drijven van wat het materiaal aankan, speelt ze met een inherente ambiguïteit tussen opbouwen en vernietigen, opaciteit en transparantie, duurzaamheid en kwetsbaarheid. Kenmerkend voor het werk van Dominique De Beir is de mise en abyme van een telkens herhaald gebaar van perforatie. De vraagstelling is hierbij van schilderkunstige aard; het gebaar zelf wordt gesteld op vlakke dragers en op doorgaans arme en neutrale materialen zoals papier, was of wit karton, soms doorheen vellen carbonpapier die onregelmatige blauwachtige schaduwen op het oppervlak achterlaten. Oskar Holweck (°1924 – 2007, St.-Ingbert, Duitsland) wordt beschouwd als de pionier van de papierkunst in Europa. Vouwen, plooien, kreukelen, verfrommelen, drukken, knijpen, uitrekken, kerven, scheuren, een markering maken, snijden, zagen, schroeien, branden – met behulp van een heel arsenaal aan technieken wijdde de kunstenaar Oskar Holweck al zijn artistieke krachten aan één enkel materiaal: industrieel geproduceerd wit papier. Met de toewijding van een wetenschapper die niet zozeer uitvindt, maar veeleer onderzoekt, bestudeerde hij, in seriële herhalingen, de elementaire processen van het artistieke werk en de essentiële eigenschappen van zijn medium. Holweck verinnerlijkte de principes van Bauhaus-meester Josef Albers, die als leraar zijn studenten liet experimenteren met papier als onderdeel van zijn “materiaaloefeningen”. Hij verbood het gebruik van lijm en moedigde zo zijn studenten aan om papieren objecten te ontwikkelen door middel van een proces van vouwen en snijden. In 1958 werd Holweck lid van de groep ZERO, opgericht door Heinz Mack en Otto Piene. Op dat moment begon hij ook de effecten te onderzoeken van het licht op zijn papieren reliëfoppervlakken en gelaagde boekobjecten : zijn doel was, in zijn eigen woorden, “de gekleurde aard van wit te laten zien”. Zijn werken zijn sinds 1956 zonder titel gebleven, maar zijn gesorteerd en benoemd op datum.De op tekenen gebaseerde praktijk van Katharina Hinsberg (°1967 woont en werkt in Dusseldorf) is een van de meest innovatieve van dit moment. Hinsberg verkent in gelijke mate de echte ruimte en de ruimte van het blad. Ze bevraagt het concept “tekenen” en verrijkt het met velerlei dimensies. In haar werk speelt het langzame, geconcentreerde snijden een even grote rol als het tekenproces zelf, dat meestal snel is, gestueel, en vaak lichaamsgebonden. Door te snijden, bloot te leggen of te doorprikken, opent ze het blad op de ruimte, en stelt ze haar eigen tekenwerk in vraag, tot op het punt van ontkenning.De roodgekleurde potloodlijnen, expressief met de hand op papier getekend, worden uitgesneden uit het witte blad, evenals het raster waarmee ze verbonden zijn. Bart Stolle (°1974 woont en werkt in Brussel) werkt aan een complex oeuvre dat voornamelijk bestaat uit schilderijen, tekeningen en animatiefilms. Uit zijn werken blijkt een sterke interesse voor computertaal, wetenschap, ruimtevaart en kunstmatige intelligentie. Toch gebruikt hij niet de modernste technologieën of media om zijn werken te creëren, maar verkiest hij manuele, meer arbeidsintensieve technieken. "Er is een inflatie van beelden. Mensen kijken en voelen niet meer. De bedoeling van Bart Stolle is niet om het beeld te laten zien. Hij wil onthullen wat er achter het beeld zit. Hij wil zoveel mogelijk laten zien met de kleinst mogelijke middelen. Een computer kan in een fractie van een seconde een beeld genereren. Hij wilde een deel van dat proces vastleggen." Bart Stolle vindt dat het onzichtbare boeiender is dan het zichtbare. Door veel elementen weg te laten, nodigt hij de kijker uit om zijn eigen verbeelding (en empathie) te gebruiken. Hij merkt op hoe ons empathisch en creatief vermogen onder druk staat door de grote hoeveelheid digitale prikkels die we dagelijks tegenkomen. Daarom richt zijn praktijk, die zowel analoge als digitale elementen bevat, zich op een zekere ambachtelijke traagheid. De laatste jaren legt Bart Stolle zich steeds meer toe op zijn tekenpraktijk. Dagelijks ontwikkelt hij werken op papier in een uitgepuurde vormentaal: herhalingen en variaties met stippen, streepjes en lijnen. Stolle verwijst daarbij vaak naar natuurlijke processen en evoluties, maar ook naar zelforganiserende patronen en statistieken. De tekeningen zijn zo nauwgezet uitgevoerd dat ze bijna mechanisch lijken te zijn afgedrukt. Zowel in zijn schilderijen als in zijn tekeningen zoekt de kunstenaar de spanning op tussen de digitaal gegenereerde ‘verschijning’ en de onderliggende manuele arbeid. Hij produceert zijn werken onder de titel "Low Fixed Media Show": een fictief reclamebureau.Annick Tapernoux (°1970 woont en werkt in Brussel) Gedurende haar hele carrière als kunstenaar was het belangrijkste doel van Annick Tapernoux om de materie – zilver – te overstijgen, waarbij de vorm achter het materiaal verdwijnt om een sensatie van zachtheid, sensualiteit, fragiliteit en ingetogen schoonheid te creëren. Ze houdt van het idee dat zilver onherkenbaar kan worden, tot op het punt dat men het kan verwarren met parelmoer of keramiek.Haar werk is intuïtief en tactiel. Het is vervuld van haar liefde voor Japan en zijn relatie met de natuur. Het suggereert een bepaalde staat van genade, met vluchtige emoties en fragiele momenten. Tapernoux probeert haar objecten terug te voeren tot de essentie, zonder hun poëzie aan te tasten.In elk van haar werken voelt men de tijd die ze eraan besteedt, tot het werk zijn eigen leven begint te leiden, met zijn eigen vibraties en resonanties.Van 2014 tot 2020 woonde ze in Beiroet (Libanon). Ze werkte er samen met Selim Mouzannar, een Libanese juwelier.Voor deze tentoonstelling bedanken wij graag de volgende galeries voor hun medewerking : Galerie Werner Klein, Keulen (K. Hinsberg); Galerie Martin Kudlek, Keulen (O. Holweck); en More Upstairs galerie, Brussel (A.Tapernoux).
Locatie
Hopstreet Gallery
Sint-Jorisstraat 109
1050 Elsene
Google Maps

Tijd
10.03.2024 – 27.04.2024

Categorie
Tentoonstelling

Organisator
Hopstreet Gallery

Meer info