Foto: Krishna Coenen

28.04.2020

Haiku in Vlaanderen: Geert De Kockere - Huisbewaarder van de Haiku

De haiku is een klassieke Japanse versvorm bestaande uit drie regels, de eerste met 5 lettergrepen, de tweede met 7 en de derde weer met 5 lettergrepen. Hoe exotisch dat op het eerste gezicht ook moge klinken, het genre van de haiku blijkt sinds een aantal decennia erg populair in Vlaanderen. Er verschijnen jaarlijks tientallen bundels, er zijn tal van haiku-kringen, er is een jaarlijkse haiku-dag, ...

Poëzie-Centraal vroeg zich af of het genre in Vlaanderen nog immer populair is, of er aflossing is van de wacht en of haiku’s altijd de natuur als onderwerp hebben. En die lettergrepen waar iedereen het over heeft, zijn die nog wel zo belangrijk?

De voorbije afleveringen kwamen Ferre Denis van Haiku-centrum Vlaanderen en pionier Bart Mesotten aan het woord. Vandaag zijn we op bezoek bij Geert De Kockere, die een productiehuis heeft opgezet rond het genre, Huis van de Haiku.

P-C: Jij bent al een hele tijd met haiku bezig. Je gaf al verschillende bundels uit met haiku, een haiku kalender, haiku buttons, … Vanwaar komt jouw fascinatie voor de haiku?

GDK: Ik herinner mij dat ik als tiener al een paar haiku's schreef. Waar ik toen het genre had opgepikt, weet ik niet meer. Ik was een natuurliefhebber en vertoefde veel in de natuur. Ik schreef ook al poëzie. Wellicht trof het mij toen al hoe je met zo weinig woorden toch iets moois, een beleving, een observatie kon vastleggen en als het ware voor eeuwig bewaren. En die zonder veel betweterij doorgeven, tonen aan anderen. En dat is wat mij nu nog steeds zo treft aan haiku: als dichter wijs je naar iets en gaat dan zo snel mogelijk uit de weg om de lezer te laten kijken en zo mogelijk zelf het gevoel te laten ondergaan dat je zelf onderging toen je het tafereel zag. Zonder je eigen bemoeienis, zonder zware metaforen, zonder die betweterij die in sommige gedichten aanwezig is. Haiku is bovendien de poëzie van het positieve. Haiku beschrijft vooral de mooie dingen, in de hoop dat de lezer ze ook ziet en er vrolijker van wordt. En dan door die vrolijkheid zelf ook voor de dingen gaat zorgen. In die zin zou je haiku ook een wereldverbeteraar kunnen noemen: door te tonen hoe mooi en wonderlijk alles is, creëer je er ook respect voor.

Verder vind ik het fascinerend hoe je met deze vorm van poëzie vaak veel meer kunt suggereren dan met een lang gedicht. Je zoekt voortdurend naar een manier om iets te verdichten, maximaal te verdichten, in de hoop dat de lezer onder het eerste oppervlak van je poëzie wil kijken, dieper graven en er zelf nog nieuwe dingen in kan ontdekken. Een haikudichter nodigt haast altijd de lezer uit om nog met hem mee te dichten en te spelen. In een haiku staan geen metaforen, maar de haiku als geheel is vaak wel een metafoor over iets uit het leven van de mens, ook al gaat de haiku ogenschijnlijk over iets heel simpels uit de natuur. De natuur met andere woorden als spiegel voor ons eigen leven en wat we er allemaal uit kunnen halen.

Wie veel met haiku bezig is, ervaart ook een enorme rust die van haiku uitgaat. Wellicht omdat haiku focust op kleine dingen in het hier en nu en geen grootsprakerigheid etaleert. Je zoomt mee in en wordt dat blaadje, dat takje, dat steentje, die roerloze reiger aan de oever van de stroom. Dat brengt je tot rust, al de rest bestaat even niet meer. Als ik het eens moeilijk heb of ik voel stress, dan schrijf of lees ik enkele haiku's. Haast onmiddellijk kom ik dan tot rust of kan ik mijn probleem veel makkelijker relativeren. Alsof haiku mij zegt: rustig maar, kijk om je heen, het leven is mooi, er zijn zoveel mooie dingen te zien. Ach, ik zou eindeloos kunnen doorgaan over de weldaden van dit kleine gedicht, dat zo pretentieloos over het leven vertelt en je tegelijk heel diep naar jezelf laat kijken. Geen poëzie die zo oppervlakkig lijkt en tegelijk zo diep gaat. En je ook nog lang na het lezen blijft bezighouden. Zo wordt haiku op den duur een wijze van leven. Niet alleen van lezen dus.

P-C: In haiku kringen heb je strenge en minder strenge volgers van de haiku regels (lettergrepen, onderwerpen, …). Tot welke groep behoor jij?

GDK: Als ik één ding uit de intense studie van haiku die ik nu al jaren maak, heb geleerd, is dat de zogenaamde 'regels' een kunstmatige manier zijn om het genre 'vast te kunnen pakken'. Een poging om te kunnen reproduceren. Die vaste regels bestaan immers niet. Elke haikuschool in Japan (honderden) had zijn eigen visie op haiku en stelde eigen regels op. Hoe zouden wij dan kunnen spreken van dé regels? Veel meer dan die regeltjes, die vaak slechts over oppervlakkige dingen gaan, vind ik de ziel van de haiku belangrijk: het vatten van een subliem element, een herkenbare ervaring, een ogenblik van ontroering of verwondering in een vers dat nauwelijks langer is dan een paar ademtochten. En dan voelen hoe in die ademtocht toch een hele, diepere wereld is uit- of ingeademd.

Mensen hebben graag regels om zich aan vast te houden, een reling om een trap op of af te gaan. Elke haikudichter moet voor zichzelf uitmaken aan welke regels hij wel of niet wil voldoen. Zelf hou ik wel vast, rigoureus zelfs, aan de 17 lettergrepen. Niet omwille van die regel zelf, maar omdat het voor mij tot het spel van haiku behoort. Want haiku is voor mij ook spelen met taal. Dat werken naar die 17 lettergrepen toe zorgt er bovendien vaak voor dat je nog beter dan zonder die regel over je haiku en je formulering ervan moet nadenken en daardoor vaak tot betere en diepere haiku's komt. Je bent minder snel tevreden, denkt minder snel dat je klaar bent. De beperking zorgt dus voor meer doordachte poëzie, wat goed is.

Ik heb ook geleerd dat een aantal regels in feite verkeerde interpretaties zijn van sommige regels uit het oude Japan. Zoals die 17 lettergrepen bijvoorbeeld. In Japan gaat het om moren. En dat is iets heel anders: een more is de tijdsduur van een klank. En in de Japanse taal duren de moren haast allemaal even lang en zijn een eenvoudige opeenvolging van een medeklinker en een klinker. Duurt een klank er langer, dan rekent men er twee moren voor. Ook de snijwoorden (te vergelijken met onze leestekens) tellen er mee als moren. Dat maakt dat we verkeerdelijk hun 17 moren hebben omgezet in 17 lettergrepen. Het woord 'gaat' duur bij ons veel langer dan 'gat'. Dat zouden in Japan respectievelijk 2 moren en 1 more zijn. En wat te denken van het woord 'herfst'? 1 lettergreep bij ons, maar qua aantal klanken en de tijdsduur ervan misschien wel 4 moren.

Kortom: ik vind dat je uit het amalgaam van alle regels je eigen regels moet bepalen en je daaraan houden. Maar nog belangrijker om je poëzie haiku te kunnen of mogen noemen, is de ziel, de sfeer die ervan uitgaat. Die ziel, die sfeer bepaalt de ware aard van de haiku.

P-C: Begin dit jaar zette je het Huis van de Haiku op. Is het Huis van de Haiku een plek of een idee? Heeft het Huis van de Haiku meerdere bewoners?

GDK: Ik wilde al langer een plek waar ik zowel iets diepgaands om en rond haiku kon uitbouwen, als waar de sfeer van haiku ook te zien en te voelen was. Het liefst tussen de mensen, maar met toch een duidelijke band met de natuur. Die plek vonden we in een prachtig herenhuis in het centrum van Turnhout, met een prachtige wilde tuin achter het huis en niet zo ver van het mooie stadspark van Turnhout. Het gaat om de hele bovenste verdieping (met een prachtig zicht rondom) van het Natuurpunt Museum. Ook dat leek mij erg boeiend voor een nauwe samenwerking, waarbij we de poëzie van haiku kunnen integreren in de werking van het museum. Zowel in het museum als in de tuin.

Het Huis van de Haiku is dus zowel een echt huis als een productiehuis voor haiku. Een echt huis met een Huiskamer waarin we workshops en andere cosy activiteiten om en rond haiku organiseren, een Stille Ruimte om in alle rust te schrijven of te lezen en Het Helende Woord, een kamer waarin we via het woord en haiku in het bijzonder mensen trachten te helpen die het even niet zo goed meer zien zitten. Het Huis zullen we regelmatig openstellen op dagen dat we er zelf zijn. Dat wil zeggen mijn partner Krishna en ikzelf. Mensen kunnen er tot rust komen of komen schrijven. En natuurlijk ontwikkelen we vanuit het Huis talrijke projecten om en rond haiku en stellen we ook online heel veel haikupoëzie gratis ter beschikking via allerlei zelf ontwikkelde apps. Daarvoor hebben we in ons Huis ook wat we het HAIKULAB noemen en waarin we experimenteren met alle mogelijkheden die haiku ons vandaag biedt. Een overzicht van wat we allemaal doen en nog zullen doen, is te vinden via een online catalogus: www.huisvandehaiku.com/catalogus. Ook de tuin staat open voor iedereen die er inspiratie wil zoeken of er gewoon even tot rust wil komen.

Binnen het Huis van de Haiku heb ik ook een eigen haikuschool: het Haikugenotschap Ya (met de nadruk dus op genot). Met Ya hielden we al heel wat haikuweekends, waarbij de leerlingen tijdens een weekend op een plek in de natuur scholing kregen. Van een initiële introductie in haiku tot weekends waarbij we haiku's schreven en die nadien samen diepgaand bespraken. Zelf vertoef ik dagelijks in ons Huis van de Haiku. Al die ruimte, al dat mooie licht, al die poëzie. Onze slogan is dan ook: Wees welkom en maak het je haiku!

P-C: Vinden jouw vernieuwende ideeën ook aansluiting bij de meer traditionele beoefenaars van haiku in Vlaanderen?

GDK: Ik heb zelf niet zo heel veel contact met andere beoefenaars van haiku of haikukringen. Geen idee in hoeverre die openstan voor vernieuwing of onze zienswijze op haiku. In elk geval is onze aanpak er geen van de traditionele haikuschrijfsessies, waarbij men in alle stilte aan tafeltjes met woordenboeken haiku's zit te schrijven via een opgelegd systeem. Wij doen het meer op Bashõ’s wijze: samen gezellig haiku's bespreken. Met een natje en een droogje als het kan.

En ja, binnen het Huis van de Haiku experimenteren we graag met het kleine gedicht. Geen experimenten om te experimenten, maar steeds op zoek naar de echte ziel van haiku en hoe we dat mooie genre ook als een rijke, hedendaagse vorm van poëzie in onze westerse samenleving tot een volwaardig literair genre verder kunnen uitbouwen én laten evolueren. Want poëzie mag leven en groeien, veranderen, evolueren. De maatschappij is niet meer wat ze was ten tijde van Bashõ, en het Westen is niet het Oosten. Poëzie moet van en voor de mensen van deze tijd en in deze samenleving zijn. Met respect voor de ziel van haiku willen we in het Huis dus op zoek gaan naar moderne, eigentijdse vormen, samen met de klassieke vorm. En dan zien wat dat geeft.

Het kleine gedicht is in deze drukke tijden ook een perfecte vorm van poëzie om tussendoor even halt te houden en stil te staan bij de gewone dingen om ons heen. Om ze opnieuw te ontdekken, verwonderd te bekijken en te glimlachen, de lach van de ziel. Haiku als een vluchtheuveltje te midden van het hectische intermenselijke verkeer. Met aandacht voor de natuur, maar ook voor de mens in zijn milieu. Haiku kan ook gelegenheidspoëzie zijn, die even poëtisch knipoogt. Daarvoor hebben wij de performance Het Kleine Gedicht, waarbij we op plaatsen waar veel mensen bijeenkomen (feesten, festivals, opendeurdagen, huwelijken) live haiku’s schrijven op aangeven van drie woorden van de bezoekers. Zo betrekken we ze bij het creëren van poëzie en wordt de haiku opnieuw de poëzie van het volk, zoals dat ooit in Japan zo mooi was. Ik stel wel vast dat de interesse in wat we met haiku doen inmiddels een vrij ruim publiek bereikt en we via diverse projecten al heel wat mensen met haiku leerden kennismaken en al behoorlijk wat verslaafden maakten. Maar gelukkig hoeft men nadien niet af te kicken.

Heel boeiend zijn ook de nieuwe digitale technieken, waarmee we haiku op een leuke manier verder kunnen verspreiden. Zoals QR-codes die steeds weer andere haiku’s opleveren, ook al blijft de code gelijk. Zo kunnen we dynamische publicaties maken en steeds weer nieuwe en andere haiku's laten lezen.

P-C: Wat was jouw mooiste ervaring in het kader van dit project?

GDK: Eén van de mooiste ervaringen was mijn Bergdichterschap in het Heuvelland. Een jaar lang werd ik er aangesteld als Bergdichter en vanuit het Huis van de Haiku deed ik dat uitsluitend met haikupoëzie. Op die manier kon ik een jaar lang het Heuvelland in haiku bezingen en tegelijk de haiku promoten. Zo maakten we een QR-code die op de stangen van de beroemde stoeltjeslift in Westouter hangt. Tijdens het tochtje over de wijngaarden kunnen de mensen met hun smartphone de QR-code scannen en willekeurige haiku’s over het landschap lezen. Live poëzie als het ware. De app kiest dan willekeurig een haiku uit de groeiende verzameling haiku's die ik over het Heuvelland schreef. Het gevolg is dat mensen daar al zelf spontaan haiku's zijn gaan schrijven. Mooi toch? Ook in de Belvedèretoren in Kemmel hangen permanent een dertigtal haiku's over het Heuvelland. En op zitmeubelen langs het prachtige Stiltepad. In het Heuvelland moet ondertussen zo goed als iedereen weten wat een haiku is. Het was een intens project, waarbij we in zowat alle domeinen van het leven haiku integreerden. Tot voorbij de dood. Want ook op het kerkhof hangt er een haiku.

P-C: Heeft het Huis van de Haiku nog bijzondere plannen in het verschiet?

GDK: Wij hebben voortdurend nieuwe ideëen en nieuwe plannen. Te veel om op te noemen. Om snel een idee te krijgen van alle plannen en mogelijkheden, kun je het best even grasduinen in onze catalogus. En natuurlijk vind je op de website zelf nog meer tekst en uitleg. Of via onze Facebookpagina's www.facebook.com/huisvandehaiku en www.facebook.com/hetkleinegedicht.

P-C: Bedankt voor dit inspirerende gesprek, Geert!

Tags: Interview, Reeks 'Haiku in Vlaanderen'